Benoemen

Welke doorsnee-taalgebruiker denkt er in overeenstemming met Van Dale bij het werkwoord benoemen allereerst aan getallen, te weten benoemde getallen? Daar wordt het volgende als betekenis aan toegekend: “vergezeld van de naam van de voorwerpen waaruit de hoeveelheid bestaat (zoals: twintig paarden, dertig koeien enz.)”. Dat heeft een geur van rekenen in de 19e eeuw. Veel bekender en gangbaarder is natuurlijk de tweede betekenis, “met een ambt, een betrekking bekleden, (iem.) daarvoor aanstellen”.

Iemand in een functie benoemen is een van de gebruikelijkste handelingen die een kabinet verricht, ook als ze opvallend zijn: wie herinnert zich niet de procedure rond de benoeming van minister J.P.H. Donner tot vice-voorzitter van de Raad van State? Benoemen is in dit kader normaal maar niet altijd gewoon. Het is daarom des te opmerkelijker dat juist in de sfeer van de politiek een nieuwe inhoud van het begrip in opkomst is. Het gaat om voorbeelden als deze, opgetekend bij de vrijdagse persconferenties van de minister-president:

  • ik benoem de problemen (23.02.2012)
  • … dat je dat (in een gesprek) benoemt (08.11.2013)
  • … waarin hij ook benoemt (…) dat er dingen… (15.01.2016)

Deze derde vorm van benoemen komt vooralsnog neer op ‘in alle duidelijkheid naar voren brengen’. Maar het is niet moeilijk te voorspellen dat deze betekenis lichter en lichter gaat worden, áls het woord maar voldoende vaak klinkt. Dan wordt benoemen als gevolg daarvan op termijn simpelweg een synoniem van zeggen: betekenis-inflatie. Zo ver is het nog niet. (Vergelijk articuleren in de bijdrage over accommoderen.)

En toch, bij de laatste Algemene Beschouwingen van september 2016 gebruikte premier Rutte frequent, een keer of 15 benoemen. Soms was dat in de aangegeven betekenis (“Ik neem me voor, iedere keer de overgang van het ene naar het andere blokje duidelijk aan te geven en te benoemen“), maar vaak in verband met het naar voren brengen welke fouten er begaan zijn: “Daar hoort ook bij het gewoon benoemen en zeggen als dingen niet goed gaan.” Let op: benoemen gaat in Den Haag in de richting van sorry zeggen.

Zie Lubach op zondag 4 september 2016:

 

 

Verderop bij dezelfde Algemene en Politieke Beschouwingen koos Geert Wilders (PVV) opeens óok enkele malen voor het woord in kwestie maar dan juist voor het níet benoemen van de islamisering door anderen.

 

Over Siemon

Siemon Reker (1950, Uithuizen) was hoogleraar Groninger taal en cultuur aan de Rijksuniversiteit Groningen tot aan zijn emeritaat in 2016. Eerder was hij onder meer streektaalfunctionaris van de Provincie Groningen en actief in de journalistiek (Nieuwsblad van het Noorden, Radio Noord). Publicaties staan onder het kopje C.V.
Dit bericht is geplaatst in Taal van Rutte met de tags , , , . Bookmark de permalink.

2 reacties op Benoemen

  1. Mark schreef:

    Zou het kunnen dat “benoemen” wordt gebruikt als een verkorte versie van “bij de naam noemen”? Politici verwijten elkaar vaak dat ze “de dingen” niet bij de naam noemen. Als iemand zegt het een of het ander te benoemen, dan claimt hij ergens frank en vrij over te spreken, zonder feiten weg te moffelen. Daarom nodigen politici elkaar bij voortduring uit dingen te benoemen, wat suggereert dat ze elkaar ervan verdenken sommige zaken niet openlijk aan de orde te stellen.

    • Siemon schreef:

      De betekenissen komen iig overeen. Onderzoek zou de waarschijnlijkheid verder moeten aantonen. En wat de laatste suggestie betreft: zeker waar maar niet voorbehouden aan politici. Als mensen in een gesprek geregeld nadruk zoeken in “echt” en “eerlijk”, dan word ik ook onzeker over die keren dat die verzekering níet wordt gegeven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.