Het is een mooi plaatje dat de KB ngramviewer genereert bij het woord rantsoenering , dat wil zeggen voor de meer hedendaagse tijd rantsoenering en rantsoeneering in oudere spelling.

RANTSOENERING (KB Ngramviewer)
Het is in feite een rechte lijn die aangeeft dat het woord nauwelijks aangetroffen wordt in kranten maar met uitzondering van een paar en ook nog logische momenten. De eerste (en forse) berg bevindt zich in het jaar 1917: rantsoeneren op de nadering van wat later de Eerste Wereldoorlog gaat heten.
De tweede heuvel in de grafiek bevindt zich in 1940, het jaar dat Nederland betrokken raakt in de Tweede Wereldoorlog en er logischerwijze dingen op de bon komen. De piek van 1948 illustreert juist de opheffing van de meeste rantsoenen, enkele jaren na de oorlog.
Eind 1956 wordt rantsoenering van de benzine overwogen in allerlei landen van Europa en dat haalt hier de kranten. Het is de Koude Oorlog, vooral de tijd van de Suez-crisis en de Hongaarse opstand heeft ook juist plaats gehad.
In 1973 moet het pro-Israelische Nederland over op benzinerantsoenering in verband met de crisis in het Midden-Oosten – in 1979 wordt overwogen om de mogelijkheden tot aanschaf en gebruik van diesel te beperken.
Het plaatje van het woord rantsoenering is één illustratie van een reeks van politieke gebeurtenissen – maar ook daarzonder hoort het bij de toch wat frequenter gehanteerde termen aan het Binnenhof. Vooral als het gaat over de bezuinigingen in de zorg, grijpen de parlementariërs ernaar: “Bij de goede zorg in Nederland past niet het beeld van rantsoenering van incontinentiemateriaal voor mensen.” (Leendert de Lange, VVD – 15 november 2016) Rantsoenering en budgettering zijn in deze sfeer alternatieve aanduidingen voor hetzelfde, ook al heeft alleen het eerste van deze twee een emotionele lading op basis van het verleden.
Maar de toepassing wordt wijder getrokken, kijken we alleen naar voorbeelden uit de laatste kabinetsperiode:
- “Ik stel vast dat in de doorrekening van het SP-verkiezingsprogramma door het CPB sprake is van rantsoenering op de woningmarkt: voor minder woningen langere wachtlijsten en een slechter functionerende woningmarkt.” Henk Nijboer PvdA, 20 december 2012
- “De armoede nam toe, de banken waren dicht, gepensioneerden konden niet meer bij hun geld, mensen moesten leven op rantsoen. Dat is dus echt dramatisch geweest.” Dezelfde Henk Nijboer (over Griekenland, 19 augustus 2015)
- “Eerder kortte het Wereldvoedselprogramma de rantsoenen in Zuid-Sudan en in de Centraal-Afrikaanse Republiek met 40%”. Roelof van Laar PvdA, 2 december 2014
De verschuiving van ‘armoedig leven’ naar ‘dieet’ of zelfs ‘menu’ ligt kennelijk op de loer, getuige wat Helma Lodders (VVD) zei op november 2014: “(…) vanwege het simpele feit dat een koe een herkauwer is en afhankelijk is van gras en mais in het rantsoen, zal deze sector altijd grondgebonden blijven.”
Eén toepassing die specifiek is voor het Binnenhof komt voor in bijdragen van leden met parlementair geheugen. In het boek van de oude Willem Drees over Het Nederlandse parlement vroeger en nu (Amsterdam, 1975) rept hij herhaaldelijk van “rantsoenering van de spreektijd” (bijvoorbeeld op blz. 20, 150, 160). De oud-bewindsman had er dan ook van twee kanten mee te maken gehad, allereerst vanuit zijn verleden als stenograaf van de Kamer.
De beperking van de spreektijd is niet zonder meer toegestaan, legde Gert Schutte (GPV later CU) uit in een vergadering met als onderwerp de aanpak van de vergaderingen zelf en in het bijzonder een andere: “Anders werken zou men kunnen afdwingen door spreektijdrantsoenering. Bij beleidsdebatten gebeurt dit al. Dat is goed te verdedigen, omdat het onderwerp van een beleidsdebat in beginsel onbegrensd is en tal van thema’s uit zo’n debat ook op andere momenten aan de orde kunnen komen. Bij wetgeving ligt dit anders. Terecht is bij wetgeving niet dan bij hoge uitzondering een spreektijdregeling toegepast.” (17 december 1992)
Zoals gezegd, spreektijdrantsoenering is een technische term in Den Haag, Van Dale kent het niet.