IN HET NIEUWS is Rutte-III, de eerste kabinetsvergadering en de komende week de Regeringsverklaring. Hoe ziet het regeerakkoord er strikt-talig gezien uit in de vorm van een woordwolk? Interessante vraag, maar laten we beginnen met te kijken naar de programma’s van de vier coalitiepartijen.
De VVD ziet er optisch als volgt uit (met weglating van kleiner grammaticaal gerief zoals lidwoorden):

VVD WORDCLOUD
De woorden MEER, hebben en wat minder zorg springen eruit. Heeft en beter zien we bij een volgende inzoomen net als werk. Zijn we in een volgende laag de term regels opduiken, werk en weg? Nog nauwkeuriger kijken en we vinden milieu, kans en orde bij de VVD en vooruit: ergens heeft ook het huis in de wolk een plekje gevonden.
De tweede pijler onder Rutte-III is het CDA. Hoe anders ziet dat eruit als we woorden in een wolk verzamelen, hoe groter des te frequenter in het verkiezingsprogram voorkomend?

CDA WORDCLOUD
Willen, mensen, beter, worden, zorg overheersen het CDA-beeld. Eigen, economie, keuze, kiezen en moeten komen vervolgens bovendrijven en in een derde ronde. Beetje turen en en we vinden gezin midden rechts en school midden links.
Vervolgens D66:

D66 WORDCLOUD
Het zijn hier kennelijk vooral andere dan zelfstandig naamwoorden die zich naar voren dringen: WILLEN overheerst ook het beeld bij D66, we zien tussen en grote rol, kind en land, kiezen, open en snel.
Ten slotte maken we eenzelfde afbeelding van de begrippen die in het CU-verkiezingsprogramma vindbaar zijn:

CU WORDCLOUD
Net als bij het CDA zien we mensen en zorg domineren, net als bij de VVD het woord meer. Leven en ouders vinden we, natuur en waarden, rechtsonder ook boeren. Die laatsten zie ik opmerkelijk genoeg niet in de CDA-woordwolk.
Wie dacht dat bij VVD of D66 een begrip als liberaal eruit zou springen, die heeft het net zo mis als dat Kerk of Christus zichtbaar zijn in de op deze manier gepresenteerde programma’s van deze twee confessionele partijen. Dat is trouwens bij het program van de SGP niet anders: het wordt hier niet gepresenteerd maar daar vinden we pas op het derde niveau kerken, vrouwen en regio. Begrippen die we in het algemeen typerend vonden voor partijen en stromingen voeren zeker niet de boventoon als we op deze manier kijken naar wat de stemmers in verkiezingstijd wordt voorgehouden.
Kijken we nu naar het regeerakkoord. Wat blijkt: onvindbaar in de woordwolken van de coalitiepartijen, NEDERLAND spant daar de kroon!

REGEERAKKOORD WORDCLOUD
Meer, euro, moet en moeten drijven nu boven: moeten heeft willen en hebben verdrongen, en jaar geeft aan dat niet alles in één keer straks geregeld is, waarschijnlijk. Ook dat woord viel niet op in de vier verkiezingsprogramma’s. Werk en regio staan daarin wel prominent of redelijk prominent, maar nemen niet en zorg staat hier met veel minder forse pen geschreven dan in de verkiezingsteksten.
Frappanter is uiteraard dat de woorden vertrouwen en toekomst niet zichtbaar zijn in een woordwolk van een tekst die als geheel nu juist Vertrouwen in de toekomst heet.