Nieuwer Nederlands, werkelijk waar

In het Parlement het woord voeren is vragen om aandacht. In geschreven teksten kan een politicus op allerlei manieren woorden benadrukken door ze te onderstrepen, een accenttekentje te plaatsen, ze vet maken, uitroeptekens plaatsen. Het is dus eigenlijk visueel schreeuwen om aandacht. Hoe schreeuwen parlementariërs zónder dat zij roepen?

  • Een belangrijke mogelijkheid is om het ene woord door een ander te versterken. Iets is wellicht waar maar sterker kan werkelijk waar klinken. Werkelijk is een bijwoord van graad dat dienst doet als een vergrotende trap, het is een verzekering dat de spreker níet jokkebrokt mochten we dat denken. Het tegengestelde zou werkelijk niet waar zijn.
  • Het hoeft niet per se zo te zijn dat die versterkingsoperatie in twee woorden geschreven wordt: in glashelder is glas- bij ons een voorvoegsel dat helder benadrukt, in het Engels schrijven ze veelal twee woorden voor hetzelfde: crystal clear.
  • Woorden worden niet verplicht aan de voorzijde onderstreept. Nabepalingen bestaan er ook, zoals in arrogantie ten top of waanzin ten top. Dat is uiteraard typisch voor oppositietaal en vooral van de flanken.

Kort en goed: woorden laten zich als voor-bepaling dus aan de voorzijde onderstrepen of aan de achterzijde als na-bepaling.

Dat wat als onderstreping dient kan weggelaten worden en dan resteert toch een normale, grammaticale zin met feitelijk dezelfde betekenis. Als Nine Kooiman (SP) op 14 december 2017 minister Bruins van Medische Zorg toevoegt: “Het is toch waanzin ten top dat je uit zo veel producten kunt kiezen”, dan is de strekking eender als wanneer ze over de enorme hoeveelheid polissen had gezegd: “Het is toch waanzin dat je uit zo veel producten kunt kiezen.” Dus is ten top de na-bepaling bij de  kern, waanzin. In “het is echt waanzin om (…)” is echt een versterkingsoperatie aan de voor-zijde.

Nu de kwestie van vandaag, een uitdrukking die me bij het Vragenuur van 15 mei voor het eerst opviel maar die bij nader inzien al duidelijk langer, ja zéer geregeld valt in de Tweede Kamer. Laten we de voorbeelden die in 2018 genoteerd zijn overnemen uit de Handelingen – wie de context of de spreker wil nazoeken, via die Handelingen is dat simpel te doen. Het gaat overigens om Fleur Agema, Sadet Karabulut, Bart van Kent, Lilian Marijnissen, Pieter Omtzigt, Madeleine van Toorenburg (sommigen van hen enkele malen), dus oppositieparlementariërs en enkele hoorbare CDA’ers. Vrouwen voeren de boventoon.

  • “Maar wat mij werkelijk waar interesseert, is waarom het internationaal recht op deze grove wijze …”
  • “Ik vind het werkelijk waar bespottelijk.”
  • “Dat vind ik echt, werkelijk waar, belachelijk.”
  • “De Europese Rekenkamer is werkelijk waar vernietigend.”
  • “Ik vraag me toch werkelijk waar af of dit nou echt zo vreselijk fanatiek gaat opborrelen binnen die boezem.”
  • “Dat begrijp ik werkelijk waar niet.”
  • “Ik begrijp hier werkelijk waar niets van.”
  • “Ik begrijp dit werkelijk waar niet.”
  • “De boetes stapelen zich werkelijk waar op, en je krijgt berichten.”
  • “Ik begrijp werkelijk waar nog steeds niet waarom de minister een probleem ziet in dat kleine stapje boven op dat gesprekje dat nu plaatsvindt en feitelijk heel weinig tot niets voorstelt.”

Dit is werkelijk de oogst van de eerste maanden van 2018 – zoek naar de vergelijkbare constructie in de verslagen van bijvoorbeeld 1995, vergeefse moeite. De uitdrukking wordt in deze context nog niet zo lang genoteerd maar is momenteel zeer succesvol aan het Binnenhof.

Het interessante aan werkelijk waar in de aangehaalde uitingen is de kwestie: wát onderstreept eigenlijk wát? Wat is de kern, wat is de bepaling?

Dus is de vraag: wat kunnen we zonder problemen weglaten uit een uiting als “Maar wat mij werkelijk waar interesseert”? Zonder twijfel bedoelde mevrouw Karabulut ‘wat mij werkelijk interesseert’ want ‘*wat mij waar interesseert’ is ongrammaticaal, en zo weten we dat waar een na-bepaling is bij werkelijk. Surprise!

Hetzelfde bij het ontkennende “Dat begrijp ik werkelijk waar niet.” Deze uiting is in wezen identiek aan “Dat begrijp ik werkelijk niet” – dus waar versterkt het voorafgaande werkelijk.

Maar juist dat versterkte bijwoord werkelijk diende zélf als onderstreping van het volgende nietWerkelijk waar niet heeft dus kennelijk een bijzondere structuur:

waar versterkt het voorafgaande werkelijk én

werkelijk waar versterkt sámen het volgende niet

Dat is niet alleen een nieuwe maar ook een bijzondere constructie in het hedendaagse Nederlands. Staat die kwestie in de elektronische ANS? In Van Dale? Ik kon het niet vinden.

Niet overtuigd? Vervang werkelijk door het uiterst verwante echt en zoek naar citaten van het type echt waar niet – dat begint sinds kort ook op te komen. Zoals de zaken nu staan heeft Henk Nijboer (PvdA) de énige twee vindplaatsen op zijn naam: “Is in de afgelopen weken tussen de formerende partijen niet ter sprake gekomen dat dit een optie was? Echt waar niet?”  (20 september 2017) en: “Voorzitter, ik heb niet met u afgesproken om één interruptie te plegen; echt waar niet.” (9 november 2017)

Vreemd – ik hoop eigenlijk dat er lezers zijn die de zaak verhelderen, want het interesseert me (werkelijk (waar)).

P.S. In het ABN vind ik echt waar niet? veel vreemder dan in m’n Groningse thuistaal echt woar nai(t)? Henk Nijboer komt uit Ten Boer (Gr.).

 

Over Siemon

Siemon Reker (1950, Uithuizen) was hoogleraar Groninger taal en cultuur aan de Rijksuniversiteit Groningen tot aan zijn emeritaat in 2016. Eerder was hij onder meer streektaalfunctionaris van de Provincie Groningen en actief in de journalistiek (Nieuwsblad van het Noorden, Radio Noord). Publicaties staan onder het kopje C.V.
Dit bericht is geplaatst in PARLEVINKEN, Rijp voor opname (Van Dale). Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.