Theresa May – op vakantie aan de Italiaans-Franse kust – heeft het niet gemakkelijk. Ze moet een deal met de EU voor elkaar zien te krijgen, maar “kan daarin alleen slagen als de meerderheid binnen haar factie in het Lagerhuis haar gematigde koers steunt en de lokroepen van de harde Brexiteers negeert.” Aldus NRC Handelsblad gisteren, 02.08.2018. De aanhangers van de Brexit noemen we in Nederland Brexiteers, zo zegt ook Van Dale. Het woord is toegevoegd in april 2017.
Brexiteer klinkt door het achtervoegsel –eer authentiek Engels, het valt verder aan te treffen in woorden als auctioneer of mountaineer. De laatste term betekent onder andere iemand die in de bergen woont, een woord dat in ouder Engels mountainer luidde. Het achtervoegsel –er kennen wij in het Nederlands beter dan –eer dat het Engels vooral gebruikt in ontleningen aan het Frans of het Spaans….. Brexiteer klinkt Engelser maar het is historisch gezien Europeser.
De Oxford English Dictionary waar dit laatste op gebaseerd is, bevat evenwel geen trefwoord Brexiter of Brexiteer hoezeer die prachtige bron geregeld geactualiseerd wordt. Wat is het Engelse woord? The Guardian gebruikt zowel Brexiter als Brexiteer met een lichte voorkeur voor Brexiter.
Titia Ketelaar was ten tijde van de Brexit-campagne NRC-correspondent in Londen. Zij wisselde Brexiter en Brexiteer een heel korte periode in april/mei 2016 af en ging toen geheel over op de meer Brits aandoende variant Brexiteer. Bij de correspondent van de Telegraaf is het nog duidelijker. Eerst gebruikte deze welgeteld éenmaal Brexiter (“Volgens het ultraconservatieve Lagerhuis lid Jacob Rees-Mogg is het fantastisch nieuws dat de koningin `een Brexiter’ is” op 10 maart 2016), maar vanaf 8 april van dat jaar uitsluitend nog Brexiteer. Ik heb het gevoel dat wij met Brexiteer op grotere afstand gaan dan met Brexiter gebeurd zou zijn en dat dit de keuze een handje heeft geholpen.
Overigens: Brexit is ontstaan naar analogie van Grexit, enkele jaren geleden de opgekomen optie om Griekenland minstens uit de Euro te laten vertrekken. Over de Grexit ging het al in 2012, dus vier jaar vóor de Brexit-discussie serieus werd. Aan het slotdeel exit ‘uitgang’ zien we dat het een anglicisme is, zowel Grexit als Brexit hebben we van over de Noordzee geïmporteerd. Het is niet uitsluitend voorbehouden aan maar wel een enorme liefhebberij in het Angelsaksische taalgebied, zo’n mengvorm maken van twee woorden. Nu ja, exit is Latijnse export uit continentaal Europa.
Aanvulling 03.08.2018: Titia Ketelaar (NRC) reageerde met een antwoord via Twitter: “Er is in mijn ogen een subtiel verschil: een Brexiter is iemand die een Brexit wil, een Brexiteer (dus Johnson, Farage cs) een campagnevoerder. Brexiteer kwam van musketeer.”
Die observatie klopt als we lukraak kijken naar de context van het woord Brexiteer in The Guardian: dat wordt nogal eens gecombineerd met ardent, hardline, xenophobic e.d. Dat kan de schuld zijn van de musketeer en zijn collega’s. Vergelijk ook buccaneer. (SR)
Aanvulling 06.08.2018: Op dezelfde dag antwoordde Titia Ketelaar: “Overigens gebruikte ik eerst ook Brixit, in navolging van de FT (Britain exits), maar dat werd al snel Brexit naar Grexit”. Bij dergelijke blendings (bewust gecreëerde talige mengproducten waar het tegenwoordige Angelsaksisch verzot op is: vooral een combinatie van het begin van het ene en (vaak het eind van) een ander woord zoals dus Britain exit) kan de poging soms de ene en de andere kant op vallen. Vanuit Amerika kwam een poosje Trexit op, toen geruchten gingen dat Rex Tillerson als minister van Buitenlandse Zaken door Trump zou worden vervangen: Tillerson + Brexit/Grexit en tegelijkertijd klonk de voornaam Rex er in door. In het VK was ook Brino een gangbare vorm die als het ware een halve blending is: Brexit In Name Only.