Klein tafereeltje in de vrijdagse persconferentie na de ministerraad: Nieuwspoort, 9 oktober 2020. De vertegenwoordiger van Hart van Nederland wil een vraag stellen, maar er komt eerst een wedervraag van de premier: “Waar is uw vrouwelijke collega, mevrouw Nijs?”
Het antwoord: “Die heeft nog even vakantie.” Mark Rutte die alles bijhoudt: “Hmm, dat is dan vrij lang.”
Na de mededeling dat mevrouw Nijs binnenkort terug is, is de minister-president gerustgesteld: “Oké.”

Mark Rutte gaat amicaal om met de journalisten, dat is zichtbaar op de camera en dat zal bij de koffie na afloop niet minder het geval zijn. Hij kan (om maar iets te noemen) tijdens de beantwoording van een vraag terloops een oordeel geven over de balans tussen privacy en terreurbestrijding: “Uw eigen krant, terecht, vraagt daar ook in de hoofdredactionele commentaren aandacht voor.” Hij complimenteert Ron Fresen (NOS) met diens verslaggeving over het Oekraïne-referendum of zegt tegen een NOS-collega van hem: “Ik wil jullie altijd helpen om de goede conclusie te trekken, omdat ik het van belang vind vanuit de politiek behulpzaam te zijn in de richting van de journalistiek.” En als Raoul du Pré van de Volkskrant een vraag aankondigt in aanvulling op een kwestie die een collega juist aan de orde heeft gesteld, flitst de premier er tussendoor: “Complimenten overigens met uw hoofdcommentaar vanmorgen.” Op de hoogte, charmant en complimenteus.
Paar voorbeelden van de nederig-collegiale omgang van uw dienaar de minister-president met de onafhankelijke journalistiek uit persconferenties in Nieuwspoort in de voorbije 10 jaar:
• Jongens, ja, het is een stevig vak de politiek en parlementair journalist zijn is niet veel minder stevig lijkt me.
• Haha, u bent een goed journalist, maar ik begin inmiddels ook wat ervaring te krijgen.
• Goeie vraag, u bent een goed journalist
• Ik weet dat uw krant, en ik ben altijd verbaasd hoe goed uw journalisten zijn ingevoerd en soms kloppen dingen niet altijd, daar berichtgeving over heeft gehad deze week.
• Mag ik u er staatsrechtelijk wel op wijzen, maar dat weet u dondersgoed natuurlijk want u bent een zeer voortreffelijk journalist, dat er een heel groot verschil is tussen mijn relatie met de leden van het kabinet en de afstand die ik heb te bewaren ten opzichte van de Tweede- en de Eerste Kamer. Medewetgevers en controleurs van de regering.
• U bent een goed journalist
• Kijk, nogmaals, u bent een goed journalist dus u probeert allerlei manieren toch mij tot uitspraken te verlokken, ook door stellingen voor te leggen waarvan u denkt; die gaan hem zo irriteren dat hij er toch iets over gaat zeggen. Maar ik ga dat niet doen omdat het – ik zou het ook doen trouwens als ik u was – misschien niet zo deskundig maar wel zo proberen te doen
• Er is een systematiek gekozen met een soort top tien waardoor dit soort hele ernstige delicten niet zichtbaar werden. Dat is natuurlijk verkeerd. Die moeten wel zichtbaar zijn. Dus complimenten voor de journalistiek die dat scherp heeft gekregen.
Het moet toeval zijn dat deze complimenten in de meeste gevallen uitgedeeld worden aan de vertegenwoordigers van De Telegraaf.