Het ging hier enkele malen over het vroegere kamerlid Maarten Schakel (ARP/CDA, hij leefde van 1917-1997) en het zou best kunnen dat het in dit talige verband nog vaker over hem zal gaan. Als ik aan Schakel denk, denk ik aan taal die inmiddels gedateerd is. Voorbeeld? Al eerder maar terloops genoemd: in betekenende mate ‘behoorlijk, nogal’. Het is al een aantal jaren niet gevallen in de plenaire zaal van de Tweede Kamer. De laatste die het gebruikte was Roelof Bisschop (SGP) in 2015 in een vraag aan Tunahan Kuzu (DENK): “Voldoet dit wetsvoorstel, of wordt met dit wetsvoorstel in betekenende mate tegemoetgekomen aan deze behoefte?”
Een lichtere betekenis heeft het verwante enigermate. Hoe vaak komt dat nog in de Handelingen voor? Het neemt af en het is geen frequent woord: in de periode 2000-2009 tellen we 18 voorkomens op een 73 miljoen woorden, van 2010-2019 nog iets minder op een 80 miljoen woorden, namelijk 14 stuks.
Tot nu toe is het in de nieuwste Kamer vanaf maart 2021 alleen maar mooi wel tweemaal door Farid Azarkan (DENK) gebruikt: “Dat was enigermate ongemakkelijk” en hij sprak ook van het enigermate vergoeden van een ondernemer. Dat is enigszins verrassend, afnemend Nederlands en dat verwacht je bij uitstek in de hoek van SGP (zie boven) en qua beroepsgroep het meest uit de mond van juristen.
Op enigermate lijkt enigszins, is ook een beetje minder ongewoon. Hoe staat het daarmee?
In de vroege jaren vanaf 2000 komt enigszins zo’n 70 à 80x per 1 miljoen woorden voor, maar dat daalt vrij geleidelijk naar 50, naar in de 40 stuks per miljoen vastgelegde woorden in een kalenderjaar. Momenteel tellen we in de 30 en wat dat betreft loopt de huidige Kamer in de pas: half september telde ik 38 stuks per miljoen, maar als het nieuwe er eenmaal af is, zal dat aantal uiteraard teruglopen (omdat Kamerleden gewoner, minder formeel zullen gaan praten). Tot eind vorige week was Roelof Bisschop de laatste gebruiker toen het over ‘Gorcum’ ging: “De inspectie verantwoordt de methode die ze gevolgd hebben om die leerlingen waar dat enigszins mogelijk was op het spoor te komen (…).”
Ik kan het aan Dries van Agt moeilijk vragen en onmogelijk aan Maarten Schakel – de eerste onthulde het borstbeeld van de tweede in Noordeloos, 2002 – maar we kunnen er zeker van zijn dat zij het verdwijnen van dit oudere, minder alledaags geworden Nederlands een ietsiepietsie betreurd zullen hebben. Ietsiepietsie staat voor het eerst in 1986 in de Handelingen, uit de mond van Hans Alders, PvdA.”*) De taal krijgt er een beetje bij en er gaat iets van af.

*) Enkele jaren láter, 1988, gebruikte minister Bukman (Landbouw) als eerste de ABN- variant ietsjepietsje. De gewestelijke vorm is de iets populairdere variant in het Binnenhofs.