Als je iets in een woordenboek probeert te vinden dat er niet in blijkt te staan, is dat een vervelende ervaring. Ooit hoorde ik bij een darts-verslag gesproken worden van een kwaliteit van (ik meen) Raymond van Barneveld: hij was goed in het wegzetten. Ik kon het niet vinden in Van Dale. Ze zullen het niet leuk vinden, maar er is tegenwoordig via internet een zeer praktisch alternatief voor iemand die echt achter zoiets wil zien te komen. Toen ik keek of dit wegzetten van darts in de zestiende editie was opgenomen (zou logisch zijn, het is inmiddels een populaire sport geworden door diverse Nederlanders onder wie Michael van Gerwen) en ook in deze druk teleurgesteld werd, was het antwoord via Google gauw gevonden. “Met wegzetten wordt meestal bedoeld dat je in de beurt voordat je gaat finishen een zo goed mogelijk finish overhoudt,” zó zegt de website https://sport.infonu.nl/ waar deze illustratie aan ontleend is:

Jaren en jaren terug is de redactie van het grote woordenboek via Noordelijke media geattendeerd op het ontbreken van de aanduiding voor een specifieke tuin rond vooral boerderijen in Groningen, de slingertuin. Geen regionale variant, zichtbaar een Nederlands woord maar dat heeft er niet voor gezorgd dat deze Engelse landschapstuin Van Dale gehaald heeft, ook nu niet.

Zoeken we via Nexis Uni dan vinden we slintertuin een 150 maal in kranten, logischerwijze bij uitstek in het Dagblad van het Noorden (ruim 100 maal). Misschien is er te weinig ruimte in het steeds uitdijende universum dat Van Dale is of dreigt te worden. Zouden we dan ook gevallen mogen aandragen die misbaar zijn? Tsjoektsjoek suggereerde ik ooit, te verwijderen. Blijkt een tapijtenzwendelaar, regionaal gebruikt én informeel. Die vind je niet eenmaal in Nexis Uni! (Stand eind maart 2022.) Via Google ook nauwelijks, behalve in een oudere encyclopedie als scheldwoord in Vlaanderen voor een Arabier of iemand met een wat bruinige huidskleur. Kunnen we in het woord een verbastering zien van caoutchouc? Ik zou de tsjoektsjoek graag ingewisseld zien tegen de slingertuin.

Tsjoektsjoek doet overigens ook denken aan een oude trein: uit de tijd dat er nog kaartjes verkocht werden aan degenen die mee wilden. Dat heet in de terminologie van de Nederlandse Spoorwegen tegenwoordig geen kaartje meer maar reisproduct. Reisproduct. Dit krijg je aan suggesties van Google als je het intikt:

Als kaartje er in deze betekenis wél in hoort (zie betekenis 4 in de huidige e-versie van Van Dale) waarom reisproduct dan niet?
Van Dale geeft honderdduizenden antwoorden, met een paar vragen blijft de actieve gebruiker desondanks zitten.
P.S. Ik neem aan dat het bij slingertuin gaat om een ingekorte samenstelling van slingerpadtuin, de paden zijn immers het meest opvallende slingerende element.
Aanvulling 06.04.2022: Bij de stemmingen vanmiddag ging het op zeker moment over een studentenreisproduct.