Niet iedere taalgebruiker zal zich dagelijks achter het oor krabben over het verschijnsel van de ingekorte samenstellingen. Deze bijdrage gaat over een concreet voorbeeld daarvan, in combinatie met het mis-verstaan van een woord van minister-president Rutte op diens wekelijkse persconferenties.
Luchtwapen opzoeken in Van Dale levert als eerste informatie dat het gebruik “niet algemeen” is, nog voordat de omschrijving ‘luchtmacht’ volgt. Dat is alles wat dit woordenboek op dit punt te melden heeft. Het onderstreept de ongewone status van luchtwapen in het Nederlands, hoe normaal Luftwaffe daarentegen in het Duits mag zijn. Het is vast geen toeval dat luchtwapen vooral van 1940-1945 in het geschreven Nederlands voorkwam (zie Ngramviewer van de KB). Misschien is het daarmee wel als germanisme gevoeld.

LUCHTWAPEN volgens Ngramviewer KB 1920-1990
Zoeken op internet levert andere informatie over het woord, bijvoorbeeld blijkend uit de verrassende kop “Luchtwapen te koop”. Naast de betekenis ‘krijgsmachtonderdeel’ is er in het Nederlands dus een concrete toepassing in de vorm van het verzamelbegrip voor een speciaal slag wapens zoals luchtgeweer, luchtbuks, luchtpistool. Dat kunnen inkortingen zijn van luchtdrukgeweer, luchtdrukbuks en luchtdrukpistool – samen luchtwapen genoemd. Een luchtwapen is dus in feite een inkorting van luchtdrukwapen. Deze lezing van luchtwapen lijkt mij de gewoonste.
Eind 2015 begon Rutte dat begrip op zijn wekelijkse persconferenties na de ministerraad geregelder te gebruiken. Omdat het de strijd tegen IS betrof en door het gebruik van het bepaalde lidwoord (het luchtwapen), was direct duidelijk dat het om het krijgsmachtonderdeel moest gaan, de luchtmacht zonder van luchtmacht te spreken. Op 4 december 2015 en op 29 januari 2016 had hij het diverse malen over de “inzet van het luchtwapen”. Op 12 februari 2016 sprak de premier tweemaal van het “bestrijden van ISIS met het luchtwapen”.
Het gebruik van het woord luchtwapen in deze context komt neer op een omschrijving van wat meestal bombarderen heet. De vijand trekt ons in het hoogste geweldsspectrum (aldus de eveneens verhullende formulering op de persconferentie van 20 september 2013) en daarin moeten we actief blijven zo zei de minister-president in het tv-gesprek van 08.04.2011.
De uitgeschreven tekst (ook wel mediatekst, een zeer praktisch hulpmiddel verschijnend onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Algemene Zaken) van de wekelijkse persconferentie van 12 februari 2016 bevat enkele malen de term vluchtwapen. Het gaat om “het bestrijden van ISIS met een vluchtwapen” en “het uitbreiden van onze activiteiten met een vluchtwapen naar het Syrische deel van de strijd tegen ISIS”. In beide gevallen hoor ik in plaats van een vluchtwapen de meer zin gevende term het luchtwapen. Dat onderstreept het ongewone van het gebruik van het woord luchtwapen in de betekenis ‘luchtmacht’. Ik ben geneigd, luchtwapen voor luchtmacht of misschien zelfs bombarderen als een eufemisme te zien.
Het ongewone van het woord luchtwapen is zichtbaar te maken aan de variant vluchtwapen. Half oktober 2016 zoeken via Google levert het buitengewoon geringe aantal van 68 treffers op en dit is het begin van de oogst:

VLUCHTWAPEN Google half oktober 2016
Daarbij zitten ook nog enkele gevallen die feitelijk onder kruis-vluchtwapen horen.
P.S. Een kruisvluchtwapen is (naar Van Dale) een ‘geleid wapen dat na de lancering zich over een horizontale baan naar het doelwit beweegt’. Dat doet denken aan de kruisraket-demonstraties ten tijde van een voorganger van de huidige MP, Ruud Lubbers. Die komt morgen uitdrukkelijker aan de orde maar het woord kruisraket was wellicht een dysfemisme, het tegengestelde van een eufemisme.