Toen het hier gisteren ging over gedoe bevond Mark Rutte zich op het draaipunt van gedoe I naar gedoe II met het citaat over de beëdiging van de nieuwe bewindslieden. Een unaniem aanvaarde kamermotie, ja dat was een serieus signaal, zei de minister-president en onderstreepte met een understatement zijn centrale positie aan Het Binnenhof.
In z’n reactie op Frits Westers’ vraag naar het live uitzenden van beelden van dat installeren van de bewindslieden waarschuwde Rutte de regisseur alvast in hetzelfde citaat waarin ook gedoe voorkwam: “Het wordt nog een heel gedoe op televisie om dat niet al te psychedelisch te maken, denk ik.” Dat had betrekking op het decor, “een zaal met prachtige schilderijen van Rubens” – misschien de enige keer dat de MP in zijn wekelijkse persconferentie iets over schilderkunst zei.

Rubens, ‘Modello’ voor de Hemelvaart van Maria (Mauritshuis Den Haag)
“’Modello’ voor de Hemelvaart van Maria” bevindt zich bij de buren, in het Mauritshuis naast het Torentje. Dat stuk – ik noem maar een voorbeeld – moet psychedelisch zijn, grillig van kleur en vorm, ook al duurde het uiteraard nog enkele eeuwen voordat dit etiket van toepassing kon worden op het moment dat Rubens het maakte. Psychedelisch is zo’n woord dat zeer veel maar tegelijkertijd in zeer beperkte sfeer gebruikt wordt; het is vooral in muziek-recensies en -aankondigende teksten te vinden. In het Nederlands Dagblad is het nauwelijks te vinden en in het Reformatorisch Dagblad nog minder. Psychedelisch heeft nog niet die stap gemaakt die bizar wél gezet heeft, namelijk ‘idioot, krankjorum’. Dit citaat uit het Nederlands Dagblad van 11.12.2015 over een Beatles-productie komt in de buurt: “De BBC vond het resultaat zo psychedelisch dat het nooit werd uitgezonden.”
In de twee genoemde kranten komt apocalyptisch naar verhouding juist veel meer voor dan in andere bladen en ook in een specifieke betekenis die aan de oorsprong meer recht doet. Dat woord hoort ook bij het repertoire van Mark Rutte. Hij gebruikte het misschien wel opzettelijk in verband met Griekenland en de financiële problemen daarvan:
- “om te voorkomen dat alsnog het hele apocalyptische scenario zich ontrolt” (27.05.2011)
- “dat Noord-Europeanen misschien wat minder apocalyptische taal gebruiken dan de Zuid-Europeaanse collega’s” (22.06.2012)
- “ik ga verder geen apocalyptische voorspellingen doen” (03.07.2015) 1)
In oorsprong is Apocalyps in de ene christelijke kring wat in de andere de Openbaring van Johannes genoemd wordt, het Bijbelboek achter in het Nieuwe Testament. In het oorspronkelijke Grieks heet het “Johannes’ Apokalypsis”.
Letterlijk beantwoordt dat weliswaar eenvoudigweg aan ons ‘ont-dekking’ maar terwijl Openbaring een heel neutrale term is, heeft Apocalyps een dramatisch karakter. Apocalyptisch kan Van Dale met ‘catastrofaal, overweldigend’ omschrijven omdat het in die openbaringen van de profeet ook gaat over het einde der tijden. Daarom is apocalyptisch in de taal van Rutte dus wel ernstig maar toch iets minder dramatisch – bij hem gaat het bijvoorbeeld over het financieringstekort van een betrekkelijk kleine economie aan de Middellandse Zee. Het is een van die voorbeelden waarin de politicus betekenis-ontwaarding in de praktijk brengt.
“Vlees is vlees is vlees”, zegt Tweede Kamerlid Erik Ziengs (VVD) dezer dagen als vergrotende trap van “Brexit is Brexit”. Maar voor de taal van Ziengs’ lijsttrekker geldt dat apocalyptisch en apocalyptisch twee is. Net als bij gedoe en andere woorden.
1)Een bijzonder woord plus een ontkenning, dat is bij Rutte niet zelden een voorbeeld van antwoordontwijking: zie bijvoorbeeld Casuïstiek, Exegese of Plakken.