
INSCRIPTIE LUTHER-HUIS WITTENBERG (SR)
Het SGP-kamerlid Koos van den Berg – gepromoveerd op waterstaatsrecht – heeft de Provinciale indeling van de gemeente Vianen zonder twijfel met plezier aangegrepen om voor zijn bijdrage aan het debat van 12 april 2001 over dat onderwerp in de geschiedenis te duiken. Hij citeert bijna hoorbaar handenwrijvend hoe Vianen in 1725 verkocht is aan de Graaf van Hompesch en dat deze zich daarbij verplichtte, dat hij de “Gereformeerde Religie, mitsgaders die daartoe gestigte Kerken, Schoolen en Revenuen… ongekreukt zou laten, zou maintineeren en beschutten”. Uit de mond van iemand van de Staatkundig Gereformeerde Partij klinkt hier oude taal betrekking hebbend op de Gereformeerde Religie mitsgaders wat niet al.
Van den Berg is de laatste die tot nu toe het woord mitsgaders “archaïsch: alsook, benevens” (Van Dale) in de Tweede Kamer heeft laten vallen. Maar het was een citaat. In de loop van de jaren ’80 klinkt als het ware het laatste echo van deze archaïsche term in de vergaderzaal, zonder dat er geciteerd wordt maar zonder twijfel ook met wat aangezette stem. De laatste spreker is René Toussaint (PvdA) die op 3 december 1985 in het debat over Vrije-beroepsbeoefenaars verrast is door wat een CDA-collega hem voorlegt: “De vraag heeft namelijk bijzonder weinig te maken met het onderwerp dat nu aan de orde is en mitsgaders met het amendement dat door mij is ingediend.”
De positie van het woord “… en mitsgaders met…” maakt duidelijk dat het voor Toussaint niet een natuurlijk begrip is. Dat maakte dezelfde spreker vijf jaar eerder ook al duidelijk: “In het kader van dit betoog heb ik gesproken over de richting van maatschappelijke ontwikkeling. Mitsgaders zou het individu hierdoor kunnen bepalen hoe de gezondheid het beste van de grond kan komen.” (29 oktober 1980) Maar mitsgaders vormt het begin van een verklarende na-bepaling en betekent ‘ook, inclusief, met inbegrip van’. Het heeft altijd de structuur van X mitsgaders Y, het ene met inbegrip van het andere dat direct volgt. Toussaint gebruikt het hier bijna als ‘dus, bijgevolg’ – andere betekenis en andere positie.*) (Vergelijk hoe gij verkeerd gebruikt werd, dat wil zeggen op het laatst anders dan voorheen: een zuivere toon verglijdt bij vertrek nog net even tot een dissonantje. Dat doet denken aan plechtig geworden woorden als derhalve, nochtans en thans die in het Parlement een zeker verlengd bestaan krijgen door specifiek gebruik in formele context.)
Op 2 juni 1983 is Gerrit Mik (D66) de allerlaatste die mitsgaders naturel gebruikt – maar hij doet dat getuige de context niet minder met een knipoog – in een onderwijsdebat : “Mijnheer de Voorzitter! 25 jaar persoonlijke ervaring met drop-outs van het onderwijssysteem, met dat tijdvak corresponderende universitaire ervaringen en publikaties mijnerzijds, mitsgaders geluiden van wetenschappers van naam waar ik mijzelf uiteraard niet onder reken – hebben mij tot het maken van mijn opmerkingen gebracht.”
Zó stierf de naklank van een allang en allang verouderd woord langzaam weg aan Het Binnenhof, niettegenstaande de Heidelberger Catechismus: “hemel en aarde, mitsgaders alle schepselen.” (Zondag 10, vraag 27)
*) Toussaint verwarde mitsgaders waarschijnlijk met mitsdien, waarover a.s. maandag in dit blog.